Tijdens het Fin de siècle beleefde de Oostenrijkse kunst een bloeiperiode, waarin kunstenaars als Gustav Klimt, Egon Schiele, en Oskar Kokoschka actief waren. In dezelfde periode ontwikkelde zich ook de Wiener Secession, een variant op de internationale Jugendstil.
Buiten de hoofdstroom van de Oostenrijkse kunst ontwikkelde zich tijdens de vorige eeuw ook een stroming van kunstenaars, schrijvers, en toneelregisseurs, die zeer kritisch stonden ten opzichte van het eigen land. Deze kunstenaars kritiseerden de politieke situatie, het Katholicisme, de omgang met het (oorlogs)verleden, en de Oostenrijkse cultuur in het algemeen, die in hun ogen werd gekenmerkt door hypocrisie, onderdrukking en bekrompenheid. Tot deze stroming behoren onder andere de schrijvers Elfriede Jelinek en Thomas Bernhard , toneelauteur Werner Schwab en de kunstenaars van het Weense Aktionisme. Deze kunstenaars kregen wel het verwijt hun vaderland te verraden en nestbevuilers te zijn.